Samenvatting cao architecten
Onderstaand vindt u een aantal belangrijke bepalingen uit de cao architectenbureaus . Deze informatie is gebaseerd op de cao met de looptijd van 1 maart 2017 t/m 28 februari 2019.
Klik hier om naar de pagina van de cao architectenbureaus te gaan
Werkingssfeer
In de cao architectenbureaus is het volgende bepaald over de werkingssfeer:
deze informatie is (nog) niet beschikbaar
Ketenbepalingen
In de cao architectenbureaus is het volgende bepaald over de ketenbepalingen voor arbeidsovereenkomsten:
Artikel 6. Buitenwerkingstelling ketenbepaling wet Werk en Zekerheid (WWZ) voor specifieke doelgroepen. (standaardbepaling)
1. De ketenbepaling met betrekking tot duur en aantal arbeidsovereenkomsten voor bepaalde tijd zoals vastgesteld in de WWZ is buitenwerking gesteld, de ketenbepaling geldt niet indien de arbeidsovereenkomst overwegend is aangegaan voor de educatie van werknemer.
2. Die afwijking maakt het mogelijk om werknemers die daarvoor in aanmerking komen te kunnen laten voldoen aan de eindtermen gesteld in de Wet op de architectentitel, nader uitgewerkt in de Regeling Beroepservaringperiode met als beoogde uitkomst het behalen van de architectentitel.
3. Met een werknemer, tevens student aan een Academie van Bouwkunst kan na het maximaal aantal jaren en/of contracten binnen de mogelijkheden die de WWZ biedt (maximaal 24 maanden) aansluitend twee maal een arbeidsovereenkomst voor een jaar worden aangegaan (maximaal 24 maanden).
4. Als werknemer zijn opleiding dan nog niet heeft afgerond kan nog eenmaal, een arbeidsovereenkomst voor ten hoogste 1 jaar worden aangegaan (12 maanden).
5. Voor werknemer afgestudeerd aan een Technisch Universiteit, kan na het maximaal aantal jaren en/of contracten binnen de mogelijkheden die de WWZ biedt (24 maanden) daar op aansluitend een arbeidsovereenkomst voor de duur van maximaal een jaar (12 maanden) worden aangegaan voor de resterende periode die werknemer nodig heeft om aan de opleidingsvereisten als bedoeld in lid 2 te voldoen.
6. De verlenging zoals genoemd in lid 4 en 5 eindigt met wederzijds goedvinden aan het eind van de maand waarin werknemer wordt ingeschreven in het architectenregister.
7. Werkgever en werknemer doen wat redelijkerwijs van hen verwacht kan worden om te kunnen voldoen aan die eindtermen.
8. De verlenging zoals genoemd in lid 3, 4 en 5 eindigt met wederzijds goedvinden indien werknemer tussentijds stopt met zijn opleiding per het einde van de maand waarin werknemer is gestopt.
9. Indien de arbeidsovereenkomst conform lid 6 of 8 eindigt zullen werknemer en werkgever in overleg treden over het al dan niet voortzetten van de arbeidsovereenkomst op basis van onbepaalde tijd.
Proeftijd
In de cao architectenbureaus is het volgende bepaald over de proeftijd:
Artikel 3.2 Een proeftijd moet schriftelijk worden afgesproken en geldt voor beide partijen.
Er zijn geen aparte afspraken over de lengte van de proeftijd gemaakt. Hier gelden dus de wettelijke bepalingen omtrent de proeftijd.
klik hier voor de wettelijke bepalingen omtrent de proeftijd
Opzegtermijn
In de cao architectenbureaus is het volgende bepaald over de opzegtermijn:
Artikel 5. Einde van de arbeidsovereenkomst (standaardbepaling)
1. Zowel werkgever als werknemer moet een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd schriftelijk en met redenen opzeggen.
2. Als het een opzegging om een dringende reden betreft, zoals bedoeld in artikel 7:677 lid 1 van het Burgerlijk Wetboek, moet die reden schriftelijk en onmiddellijk worden meegedeeld.
3. Bij beëindiging van de overeenkomst voor bepaalde tijd geldt vanaf zes maanden een aanzegtermijn en gelden de overige voorwaarden zoals wettelijk vastgesteld. Naar tegel
4. Voor werknemer met een contract voor onbepaalde tijd geldt een opzegtermijn van één maand. Daarvan kan schriftelijk worden afgeweken.
5. Voor werkgever gelden de wettelijke opzegtermijnen:
Duur arbeidsover eenkomst | Lengte opzegtermijn |
Korter dan vijf jaar | 1 maand |
Vijf jaar of langer, maar korter dan 10 jaar | 2 maanden |
Tien jaar of langer, maar korter dan 15 jaar | 3 maanden |
15 jaar of langer | 4 maanden |
6. Opzeggen van een arbeidsovereenkomst gebeurt tegen het einde van de maand, tenzij schriftelijk anders is afgesproken.
7. Een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd kan in principe niet tussentijds worden opgezegd, tenzij a. met wederzijds goedvinden of b. partijen bij het aangaan van de overeenkomst schriftelijk een tussentijds opzegbeding zijn overeengekomen. Werkgever heeft voor tussentijdse opzegging goedkeuring van het UWV Werkbedrijf nodig, werknemer niet. Er geldt dan een opzegtermijn van 1 maand, die is gelijk voor beide partijen.
8. De regels met betrekking tot de transitievergoeding worden toegepast conform de wettelijke bepalingen
Reiskosten
In de cao architectenbureaus is het volgende bepaald over reiskosten:
Er zijn geen aparte afspraken over reiskostenvergoeding woon-werk gemaakt. Er geldt dus geen verplichting tot het uitbetalen van reiskostenvergoeding.
klik hier voor de mogelijkheden voor het uitbetalen van reiskostenvergoeding
Loon bij ziekte
In de cao architectenbureaus is het volgende bepaald over de doorbetaling van loon bij ziekte:
Artikel 25. Inkomen bij ziekte en/of arbeidsongeschiktheid (minimumbepaling)*
1. In het eerste ziektejaar heeft werknemer recht op volledige doorbetaling van het salaris dat hij zou ontvangen als hij arbeidsgeschikt zou zijn geweest. In het tweede ziektejaar ontvangt hij 70% van dat salaris. Werkgever vult dat aan tot 100% als werknemer voldoende meewerkt aan zijn re-integratie en zich houdt aan de voorschriften van de Wet Verbetering Poortwachter.
2. Werkgever is verplicht voor werknemer(s) een verzekering af te sluiten voor inkomensaanvulling in derde en volgende arbeidsongeschiktheidsjaren in geval van een WIA-uitkering bij gedeeltelijke arbeidsongeschiktheid.
3. De uitwerking van lid 1 en 2 is opgenomen in bijlage 4 van deze cao.
* Er wordt nadrukkelijk op gewezen, dat het niet naleven van de voor bouwwerken gegeven veiligheidsvoorschriften (bijvoorbeeld het dragen van een veiligheidshelm of veiligheidsschoenen) voor werknemer zeer ernstige moeilijkheden kan opleveren bij de beantwoording van de vraag of arbeidsongeschiktheid ten gevolge van ziekte of ongeval buiten schuld of opzet is opgetreden. Het verdient dan ook aanbeveling deze veiligheidsvoorschriften nauwgezet na te leven. Voorts wordt er op gewezen dat werkgever, die zijn eigen financiële risico ten aanzien van werknemer wil herverzekeren, géén deel van de daarvoor verschuldigde verzekeringspremie op het salaris mag inhouden.
Bijlage 4. Inkomen bij ziekte/arbeidsongeschiktheid
Deze bijlage is een uitwerking van artikel 25 cao
1. Loondoorbetaling eerste en tweede ziektejaar
Het eerste ziektejaar
De werknemer heeft gedurende het eerste ziektejaar recht op volledige doorbetaling van het salaris dat hij zou hebben ontvangen als hij arbeidsgeschikt zou zijn geweest.
Het tweede ziektejaar
Tijdens het tweede ziektejaar ontvangt de werknemer 70% van het salaris dat hij zou hebben ontvangen als hij arbeidsgeschikt zou zijn geweest. Dit wordt aangevuld tot 100% als de werknemer voldoende meewerkt aan zijn re-integratie, d.w.z. zich houdt aan alle voorschriften van de Wet verbetering poortwachter. Maandelijks beoordeelt de bedrijfsarts (begeleidende instantie) of de werknemer voldoende heeft meegewerkt aan zijn re-integratie. Op grond van deze beoordeling besluit de werkgever aan het einde van iedere maand of de werknemer in de betreffende maand recht heeft op 70% dan wel 100% doorbetaling van het salaris.
De pensioenopbouw wordt tijdens de eerste twee ziektejaren ongewijzigd voortgezet, waarbij wordt uitgegaan van een (fictief) pensioengevend salaris gelijk aan 100% van het salaris.
De vakantietoeslag wordt in het tweede ziektejaar evenredig verminderd over die maanden dat de werknemer slechts recht heeft op 70% doorbetaling van het salaris.
a. In het geval de werknemer, als gevolg van een vervroegde keuring als bedoeld in de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA), recht heeft op een uitkering op grond van de regeling Inkomensvoorziening Volledige en duurzaam Arbeidsongeschikten (IVA), dan blijft de werkgever verplicht tot aanvulling van deze uitkering tot het niveau van voornoemde loondoorbetaling als de uitkering lager is.
b. Als de bevoegde instantie de werkgever op grond van de Wet verbetering poortwachter een sanctie oplegt bestaande uit verlenging van de loondoorbetalingsverplichting met maximaal een jaar omdat deze zich onvoldoende heeft ingespannen dan wel onvoldoende heeft meegewerkt aan re-integratie van de arbeidsongeschikte werknemer, dan blijft de werknemer gedurende de periode van de loondoorbetalingsverplichting in het derde ziektejaar recht houden op volledige doorbetaling van het salaris dat hij zou hebben ontvangen als hij arbeidsgeschikt zou zijn geweest.
c. Het salaris als bedoeld in dit artikel wordt verminderd met:
- het bedrag van de (bruto) uitkering die de werknemer ontvangt op grond van enige bij of krachtens de wet geldende verzekering;
- een eventuele vordering die de werknemer heeft jegens derden wegens loonderving als gevolg van arbeidsongeschiktheid.
Het recht op doorbetaling van het salaris als bepaald in dit artikel vervalt op het tijdstip dat de arbeidsovereenkomst eindigt.
2. Inkomensaanvulling derde en volgende ziektejaren in geval van WIA uitkering bij gedeeltelijke arbeidsongeschiktheid.
De werkgever is verplicht voor de werknemer(s) een verzekering af te sluiten voor inkomensaanvulling in derde en volgende arbeidsongeschiktheidsjaren in geval van een WIA-uitkering bij gedeeltelijke arbeidsongeschiktheid.
Deze verzekering voor inkomensaanvulling dient tenminste aan de volgende voorwaarden te voldoen:
- de verzekering keert uit bij een arbeidsongeschiktheidspercentage van 35% tot 80%;
- de uitkering moet worden verstrekt tot de dag waarop werknemer conform de wettelijke bepalingen dienaangaande recht heeft op een aow -uitkering.
- de uitkering moet per jaar op basis van de inflatiecorrectie worden geïndexeerd;
- de uitkering bedraagt, afhankelijk van de mate van arbeidsongeschiktheid en de mate waarin een werknemer werkt, het arbeidsongeschiktheidspercentage vermenigvuldigd met 70% van zijn laatstverdiende gemaximeerde loon (2017 = € 53.705,97), minus de uitkeringen die de werknemer op grond van de WGA ontvangt.
De premie voor deze verzekering komt, tot een maximum van 0,25% van het SV-loon (2017 = € 53.705,97), voor rekening van de werknemer en wordt ingehouden op zijn salaris.
De verplichting van de werkgever om bovenomschreven verzekering af te sluiten, geldt niet voor werknemers die twee jaar of korter van hun pensioengerechtigde leeftijd verwijderd zijn. Deze werknemers kunnen geen rechten ontlenen aan de verzekering en hebben dus geen verzekerbaar belang.
Vakantie
In de cao architectenbureaus is het volgende bepaald over vakantie:
Artikel 16. Vakantierechten (minimumbepaling)
1. Het vakantiejaar is gelijk aan het kalenderjaar.
2. Werknemer heeft per vakantiejaar recht op 240 uur vakantie op basis van een dienstverband van 40 uur per week (bestaand uit 160 (4x40) wettelijke vakantie-uren en 80 (2x40) bovenwettelijke, cao-vakantie-uren).
3. Werknemer heeft per vakantiejaar recht op:
a. 16 uren extra vakantie met ingang van het vakantiejaar, waarin hij 50 jaar of ouder wordt;
b. 32 uren extra vakantie met ingang van het vakantiejaar, waarin hij 55 jaar of ouder wordt;
c. 48 uren extra vakantie met ingang van het vakantiejaar, waarin hij 60 jaar of ouder wordt.
4. Voor werknemers die voor 1 april 2011 in dienst waren, geldt onderstaande tabel.
Leeftijd op 31 - 12 - 2011 | 35 t/m 39 jaar | 40 t/m 44 jaar | 45 t/m 49 jaar |
Totaal extra vakantiedagen | 8 uur | 16 uur | 24 uur |
Leeftijd op 31 - 12 - 2011 | 50 t/m 54 jaar | 55 t/m 59 jaar | 60 t/m 65 jaar |
Totaal extra vakantiedagen | 32 uur | 40 uur | 48 uur |
Het aantal vakantie-uren op basis van leeftijd op datum 31/12/2011 blijft per jaar gelijk, tot het moment dat werknemer op grond van lid 3 recht heeft op meer vakantie-uren op basis van leeftijd.
Artikel 17. Toepassing vakantierechten (minimumbepaling)
1. De vakantie wordt vastgesteld volgens de wensen van werknemer, tenzij zwaarwegende bedrijfsomstandigheden dat in de weg staan. In dat geval laat werkgever dat binnen veertien dagen na indiening van de vakantieaanvraag, gemotiveerd weten aan werknemer.
2. Werknemer die in een vakantiejaar recht heeft op 160 vakantie-uren of meer, zal daarvan tenminste 80 uur aaneengesloten opnemen, tenzij werknemer en werkgever in onderling overleg een andere invulling afspreken.
3. Op religieuze feestdagen kan werknemer een vakantiedag opnemen.
Artikel 18. Collectief op te nemen vakantiedagen (keuzebepaling)
1. Werkgever kan met de medezeggenschap aan het begin van het jaar afspraken maken over het vaststellen van collectief op te nemen vakantie. Als er overeenstemming is kan een aaneengesloten vakantie vastgesteld worden voor een periode van maximaal twee opeenvolgende weken.
2. Naast de in lid 1 genoemde vakantieperiode kan werkgever met de medezeggenschap afspraken maken over het vaststellen van collectief op te nemen vrije dagen. Als er overeenstemming is kunnen – boven op de in lid 1 genoemde vakantiedagen - vijf dagen aangewezen worden als collectief op te nemen vrije dagen.
Verlof
In de cao architectenbureaus is het volgende bepaald over (bijzonder) verlof:
Artikel 19. Bijzonder verlof (minimumbepaling)
1. Het wettelijk vastgesteld bijzonder verlof is vastgelegd in de Wet Arbeid en Zorg. Daarnaast heeft werknemer recht op bijzonder verlof met behoud van salaris:
a. gedurende de periode van de dag van overlijden tot en met de dag van begrafenis of crematie van zijn partner, of een kind, stief- of pleegkind dat tot zijn gezin behoort;
b. gedurende maximaal drie dagen bij overlijden en begrafenis of crematie van zijn kind, stief- of pleegkind niet onder sub a genoemd, een ouder, stief-, pleeg- of schoonouder, schoonzoon of -dochter;
c. gedurende één dag bij overlijden of begrafenis dan wel crematie van een (over)grootouder, een (over)grootouder van zijn partner, zijn kleinkind, broer, zuster, zwager of schoonzuster;
d. zo lang als nodig is tot een maximum van vijf dagen per kalenderjaar voor het bijwonen van vergaderingen van een vakbond waarvan werknemer lid is en deel uitmaakt van een besturend orgaan. De vakbond dient hiertoe een schriftelijk verzoek te overleggen en de werkzaamheden moeten het toelaten;
e. zo lang als nodig is voor een bezoek aan een zorgverlener betreffende de eigen gezondheid, tenzij dit bezoek zonder problemen ook buiten werktijd kan plaatsvinden. Als dat laatste niet mogelijk is, moet dit bezoek zo veel mogelijk aan het begin of het einde van de werktijd plaatsvinden;
f. zo lang als redelijkerwijs nodig is voor het voeren van sollicitatiegesprekken bij ontslag door werkgever of dreiging daarvan buiten de schuld van werknemer.
2. Het recht op bijzonder verlof zoals bedoeld in sub b en c geldt als de plechtigheid of gebeurtenis plaatsvindt op een dag of dagen waarop werknemer normaal gesproken werkt.
3. De bepalingen in de Wet Arbeid en Zorg gelden als minimumbepalingen.
In aanvulling op die wet:
1. heeft werknemer gedurende het tiendaagse kortdurende zorgverlof recht op volledige doorbetaling van het salaris;
2. verleent werkgever werknemer bijzonder verlof, al dan niet met behoud van salaris, in het geval van ziekte van een kind, partner, huisgeno(o)t(e) of een andere verzorgingsbehoeftige voor wie
werknemer de feitelijke zorg heeft, dan wel bij andere calamiteiten die de verzorging betreffen. Dit kan werkgever doen aansluitend op het kortdurend zorgverlof of in andere gevallen die niet zijn omschreven in de Wet Arbeid en Zorg;
3. verleent werkgever werknemer op zijn verzoek bijzonder verlof al dan niet met behoud van salaris, zodat hij mantelzorg kan verrichten. Werkgever zet zich bovendien in voor een zo optimaal mogelijke combinatie van zorg en werk door werktijden aan te passen en/of de mogelijkheid van thuiswerk aan te bieden met de daarvoor benodigde voorzieningen.
Feestdagen
In de cao architectenbureaus is het volgende bepaald over feestdagen:
De feestdagen waarvoor salarisdoorbetaling geldt: nieuwjaarsdag, tweede paasdag, Hemelvaart, tweede pinksterdag, eerste en tweede kerstdag, Koningsdag, 5 mei in lustrumjaren (2020, 2025 e.v.)
Op religieuze feestdagen kan werknemer een vakantiedag opnemen.
Extra verlof
In de cao architectenbureaus is het volgende bepaald over extra verlof op basis van leeftijd en/of diensttijd:
Zie het tabblad "vakantie"
Overwerk
In de cao architectenbureaus is het volgende bepaald over overwerk:
Artikel 14. Overwerk tot functiegroep J (standaardbepaling)
Overuren worden in overleg tussen werkgever en werknemer uitbetaald of als vrije tijd opgenomen.
Artikel 15. Overwerk vanaf functiegroep J (minimumbepaling)
1. Een werknemer vanaf functiegroep J wordt geacht zelf te kunnen sturen op inzet van uren. Een uitloop van geplande werkzaamheden behoort daarom bij de functie.
2. Opgedragen werkzaamheden die niet tot de geplande werkzaamheden behoren worden in redelijkheid gecompenseerd in vrije tijd, waaronder in ieder geval werkzaamheden in weekenden en op feestdagen voor zover deze door werkgever op deze specifieke tijdstippen zijn verlangd.
Functiegroepen
In de cao architectenbureaus is het volgende bepaald over functies / functiegroepen:
Zie het handboek functie indeling via deze link
Deze informatie is gebaseerd op de cao / looptijd zoals bovenaan deze pagina vermeld. Het kan zijn dat er ondertussen een nieuwe cao is overeengekomen. In dat geval dient de cao tekst van de nieuwste cao aangehouden te worden. Deze informatie is een verkorte weergave van de bepalingen uit de cao. Voor de volledige afspraken dient de tekst van de cao geraadpleegd te worden. U vindt de complete teksten op de pagina van de cao op deze website.